Dit artikel bevat 2 referenties naar wetenschappelijke onderzoeken.
Auteur: Leefstijlcoach
Gepubliceerd: 19 maart 2021
Laatste update: 27 november 2021
Podcast over dit onderwerp
Inhoudsopgave
Wat is zelfeffectiviteit?
Zelfeffectiviteit heeft betrekking op het geloof dat iemand heeft in om een specifieke gedraging succesvol uit te voeren.
Dit heeft veel invloed op je motivatie en leervermogen en is een belangrijke voorspeller voor bijvoorbeeld het volhouden van een gedragsverandering. Een hoge zelfeffectiviteit staat niet altijd garant voor een hoge motivatie, omdat je de taak of gedraging natuurlijk wel waardevol moet vinden.
Wat is het verschil tussen zelfeffectiviteit en zelfvertrouwen?
Zelfeffectiviteit onderscheidt zich van zelfvertrouwen in de zin dat het om een specifieke gedraging gaat. Je kunt bijvoorbeeld hoog scoren op zelfeffectiviteit om 5 keer per week een half uur te wandelen, maar laag scoren op dat je zaterdag het bij 2 glazen wijn houdt. Zelfvertrouwen heeft niet altijd betrekking op specifiek gedrag. Het kan ook te maken hebben met of je zelfvertrouwen hebt om een baan te vinden of je studie te halen.
Zelfeffectiviteit is ook niet hetzelfde als de verwachting van succes. Bij succesverwachting gaat het meer om of iemand een bepaalde uitkomst verwacht. Bijvoorbeeld of je de baan zult krijgen waar je op hebt gesolliciteerd.
Verder wordt zelfeffectiviteit sterk beïnvloed door succeservaringen. Als coach is het belangrijk om hier veel aandacht aan te besteden. Dit doe je onder andere door haalbare doelen te stellen.
Sociaal-cognitie-theorie
Zelfeffectiviteit is een belangrijk begrip binnen de sociaal-cognitie-theorie van Bandura en legt accent op hoe mensen leren [1,2]. Binnen deze theorie staat centraal dat de manier waarop mensen leren beïnvloed wordt door de omgeving en het observeren van anderen. Met andere woorden: mensen zijn geen robots die alleen reageren op straf en beloning.
Mensen hebben namelijk een vermogen om te denken en te begrijpen en worden bijvoorbeeld beïnvloed door eerdere ervaringen en opvoeding. Dit heeft vervolgens weer invloed op hoe je de omgeving waarneemt en hoe je je vervolgens zult gedragen.
Bandura maakt daarbij onderscheid in persoonlijke factoren (zoals overtuigingen, verwachtingen en biologie) en omgevingsfactoren (de fysieke en sociale omgeving) en gedragsfactoren.
Een belangrijk uitgangspunt binnen deze theorie is dat mensen niet alleen maar reageren op de omgeving, maar ook producenten zijn van hun omgeving. Het volgende voorbeeld zal dit verduidelijken:
Stel, Henk komt te werken in een organisatie waarbij zijn baas weinig begrip heeft voor het maken van fouten. Henk voelt hierdoor druk, waardoor hij waarschijnlijk nog meer fouten gaat maken. Hiermee beïnvloedt hij ook weer de omgeving. Zijn baas wordt namelijk boos als hij een fout maakt, waardoor Henk nog meer druk gaat voelen. Hij voelt zich hierdoor steeds meer onzeker en verliest zijn motivatie om aan het werk te gaan.
Meer leren over dit onderwerp? Meld je dan aan voor onze nieuwe cursus over gedragsverandering & coaching.