Bij een een gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek (in het engels randomised controlled trial (RCT)) worden een groep proefpersonen aselect verdeeld over de onderzoeksgroepen. Aselect wil zeggen dat iedere deelnemer uit de oorspronkelijke steekproef evenveel kans heeft om in een onderzoeksgroep te worden opgenomen. Het is gebruikelijk dat het onderzoek wordt uitgevoerd bij een interventiegroep en vergeleken met een controlegroep. Een controlegroep is een vergelijkbare groep proefpersonen met dezelfde klacht of hetzelfde probleem, maar die met een placebo of met een ander middel wordt behandeld. In sommige onderzoeken wordt zelfs gebruikgemaakt van drie of meer groepen: bijvoorbeeld naast de testgroep, placebogroep en groep die een vergelijkbaar middel krijgen toegediend of helemaal geen behandeling krijgen. Dit heet de controlegroep.
Dit selectieproces maakt het mogelijk dat je zoveel mogelijk bias (vertekening) uitsluit. Hierdoor kan je voor zoveel mogelijk uitsluiten dat er verschillen tussen groepen bestaat. Op deze manier zorg je er voor dat ‘confounders’, oftewel andere factoren die de relatie verklaren zoveel mogelijk worden uitgesloten. Hierdoor is het mogelijk om een beter beeld te krijgen van invloedrijke factoren (oftewel) die een bepaald fenomeen verklaren.